De hoofdrolspelers:
– Milan (21) werkt als tussenoplossing in een fabriek.
– Lars (19) werkt op de administratie van een autobergingsbedrijf.
– David (18) werkt en doet de opleiding tot installateur/elektricien
– Lucas (18) werkt als verkoper binnendienst bij een groothandel in binnenafbouw.
Waar woon je over tien jaar?
Milan: “Samen met Lucas in een hutje in het bos.”
Lars: “Ik kreeg een visioen dat van een hogere macht kwam; dat ik zes huizen in Los Angeles had staan en huisje in Dubai voor als ik me verveel. Dat was het.”
Lucas: “Bij m’n ouders. Ik kan geen huis betalen.”
David: “Als een huis tegen die tijd betaalbaar is; dan wil ik m’n hele leven in Rijssen blijven wonen.”
Milan: “Ja? Daar wil je toch niet dood gevonden worden?”
David: “Dat is altijd mijn woonplaats geweest en dat wil ik ook zo houden.”
Lars: “Ik zou ook wel in het buitenland willen wonen.”
David: “Tijdelijk misschien wel ergens anders. Mijn gezin wil ik opbouwen in Rijssen. Dat is zo’n goeie gemeente als je kijkt naar sociale controle en criminaliteit.”
Lars: “Daar wordt ook gedeald.”
David: “Ja dat klopt, maar in Rijssen gebeurt over het algemeen minder dan in de omstreken.”
Discussie over dealen. Dat gebeurt in Rijssen meer dan in Nijverdal, vindt de groep.
David: “Voor een kind is Rijssen wel veilig.”
Lars: ”Ja Rijssen ligt in de bijbelstrook. Als je je kind gelovig wil; opvoeden is dat een prima plek. En er is inderdaad heel veel sociale controle. Mensen geven meer om elkaar dan in Nijverdal waar mensen individueler zijn.”
Lucas: “Mensen zijn wat egoïstischer, denken meer aan zichzelf dan aan elkaar.”
David: “Ik denk dat je een kind beter kunt opvoeden in een dorp dan in de grote stad.”
Lars: “Dat weet ik niet. Dat ligt eraan hoe jezelf bent.”
David: “Daar heb je gelijk in. Ik denk wel dat als je een kind wil opvoeden dat sociaal gezien op jou lijkt, je die in een dorp moet opvoeden. Een kind opvoeden in een stad, zoals Utrecht op ofzo is heel anders. Dat is hele divers.”
Huren of kopen?
Lars: “Kopen. Als dat mogelijk is. Dan zit je nergens aan vast.”
David: “Als je dat kan betalen. Ik zou nooit een huis huren, zelf. Als je daartoe gedwongen wordt, dan is het wat anders.“
Lucas: “Als je de kans hebt is het toch een goeie investering; het wordt meer waard of houdt z’n waarde. Huren is een beetje je geld weggooien. Als het niet anders kan is het een goede oplossing.”
Lars: “Het is financieel zo moeilijk nu. Het is haast a-sociaal. Moet je eens kijken wat voor baan je moet hebben. Stel dat je als alleenstaande ouder een twee-onder-een-kap wil kopen. Dat is onmogelijk. Dat is niet onmogelijk. Dan moet je flink geld in een sok hebben.”
Lucas: “Een hypotheek krijg je ook niet zomaar. Dan moet je echt een klap geld hebben.”
Milan: “Als je wil, kan het. Als je echt wil kun je het best bij elkaar sparen.”
Lars: “Je leeft ook nu. We zijn nu tegen de twintig. As je nu moet gaan sparen… je bent maar een keer deze leeftijd.”
Lucas: “Geniet er een beetje van.”
Lars: “Ja, als je de wereld nog wil zien, kun je het beter nu doen dan als je ouder bent. Als je vast zit aan kinderen of zo.”
Lucas: “Vaste lasten.”
Lars: “Of je moet geen kinderen willen. Maar kijk, als je niet financieel onafhankelijk bent, is het later zo lastig. Dan doe je dat toch minder snel.”