Lokaal Hellendoorn (LH) was duidelijk: in tijden van schaarste heeft kunst bij deze partij geen prioriteit. “Het gaat om gemeenschapsgeld; dat je beter kunt besteden aan woningbouw en zorg.” Als er dan toch ergens kunst moet komen, vindt LH dat ‘de buurt’ moet bepalen of men het mooi genoeg vindt. En niet burgemeester en wethouders.
De PvdA was tegenovergesteld: kunst in de openbare ruimte is belangrijk. Daar worden mensen blij van en verhoogt de leefbaarheid. Deze partij was het eens met LH: niet het college moet bepalen of de kunst mooi genoeg is. Er moet een commissie komen, die dat bepaalt. “Zet dat in deze verordening”, was de boodschap. Het ziet er naar uit dat dat gaat gebeuren.
De raad had daarnaast nog meer vragen. Kleine en grote. Bij de beantwoording hiervan stond wethouder Dubbink een aantal maal met de mond vol tanden. “Dat is een technische vraag en die beantwoord ik schriftelijk”, zei ze herhaaldelijk. Wel vertelde ze dat er momenteel gewerkt wordt aan een kaart waarop alle kunstwerken in de gemeente staan en wie die onderhouden.
Wat betreft het instellen van een kunstcommissie was ze het eens met de raad. “Die komt er, maar dat doen we na het vaststellen van deze verordening.” Waarom dat zo is, kreeg de raad niet te horen. “Ambtelijk is mij gezegd dat dat de beste procedure is.” Op 23 september besluit de raad definitief over de kunstverordening.
Op de foto het ontwerp voor een beeldengroep die op het Keizerserf in Nijverdal komt te staan.
