Sterker nog: omdat (een meerderheid van) de raad blijkbaar geen keuzes wil maken wordt de het boerenbelang nog eens extra omarmd.
Toen in de raadsvergadering over de toekomst door Samen Hellendoorn dat boerenbelang nadrukkelijk aan de orde kwam, was het alleen de fractie van de PvdA die dat nuanceerde door erop te wijzen dat alleen die groep zich sterk had gemaakt. “Als de recreatieondernemers ook met z’n allen waren gekomen, hadden we een ander verhaal gehad.”
Ambtelijk werd nog een poging gedaan om het boerenbelang te nuanceren, maar dat sloeg niet aan. Sterker nog: de agrariërs kregen een extra mogelijkheid hun belangen in te brengen. In een apart gesprek met de wethouder nog wel.
Dat was op 5 maart 2025. Tijdens het overleg bleek dat de tekst over de relatie tussen landbouw en natuur door verschillende mensen verschillend werd gelezen. Dat zal meer te maken hebben gehad met de mensen zelf als met de tekst.
Eerst de boer en dan natuur in plaats van andersom
Waar in de eerste versie natuur eerst werd genoemd en daarna de landbouw, is dit in de nieuwe versie omgedraaid. De titel van de paragraaf niet aangepast. Die luidt: “Natuur en een vitaal platteland” gebleven. Foutje?
Opnieuw wordt door sommige agrariërs de suggestie gedaan dat landbouw ook natuur is. Het belangrijkste kenmerk van het begrip “natuur” is dat dat alles omvat waar meestal geen mensen zijn die zich ermee bemoeien. Hectares vol Engels raaigras, rietzwenkgras of een kruising daarvan is dus geen natuur. De benaming “kunstgras” komt in dit geval dichterbij de waarheid dan “natuur”.
Economisch belang van de agrariër moet boven het belang van de natuur
In de aangepaste versie van het verhaal van Hellendoorn staat het nog net niet, maar duidelijk is dat de agrariërs vinden dat de gemeente eerder moet kiezen voor het economisch belang in het buitengebied dan de natuur. Kijk naar dit voorbeeld:
Oude versie: We moeten daarom samen op zoek naar een goede balans tussen natuurbehoud en economische ontwikkeling.
Nieuwe versie: We moeten daarom samen op zoek naar een goede balans tussen economische ontwikkeling en natuurbehoud.
Je kunt zeggen “het zijn maar woorden”, maar dat is niet de bedoeling van de agrarische inbreng. Het gevonden compromis is: “Bij voorkeur via initiatieven die zowel de natuur beschermen als de economische levensvatbaarheid van het buitengebied ondersteunen.” Kan dat samen? Als dat zou kunnen, was het allang in praktijk gebracht.
Even een paar cijfers:
- 60% van het grondgebied in onze gemeente is agrarisch
- 30 % bos en open natuurlijk terrein.
- Het aantal agrarische bedrijven is ruim 8% van het aantal bedrijven in de gemeente.
- Het aantal inwoners in het buitengebied is 15 % van het totaal aantal inwoners.
De laatst bekende gegevens van het centraal Bureau voor de Statistiek (2009) over de uitscheiding van mineralen (in kg per ha cultuurgrond) in Hellendoorn t.o.v. de provincie en Nederland
Hellendoorn | Overijssel | Nederland | |
Stikstofuitscheiding | 416 | 334 | 261 |
Fosfaatuitscheiding | 149 | 118 | 94 |
Kali-uitscheiding | 433 | 362 | 279 |
Die cijfers zullen inmiddels misschien wat lager zijn, maar duidelijk is dat de (negatieve) invloed van de Hellendoornse landbouw groot is. De natuur heeft daar (veel) last van, terwijl de landbouw geen last heeft van de natuur. Of het moet gaan om een verdwaald zaadje dat ervoor zorgt dat het weiland geen kunstgras meer is.
In één ding hebben de agrariërs gelijk: Ze hebben nauwelijks een toekomstperspectief. Dat is toe te schrijven aan de politiek. Telkens nieuwe wensen, telkens nieuwe regels, telkens een andere koers. En telkens moesten de boeren anticiperen en investeren. De banken zijn er rijk van geworden. En de boer staat met z’n armen in de lucht; “waar moet ik nu weer heen?” Het antwoord op die vraag moet uit Den Haag komen en niet uit Hellendoorn.